ACTIVITEITEN

Revoke organiseert een aantal keren per jaar bijeenkomsten. Als het mogelijk is wordt van de lezing een opname gemaakt. Daarnaast vindt onder het tabblad 'Lezingen' korte verslagen van deze middag. De opnames zijn kostenloos via het bestelformulier onderaan deze pagina op te vragen.

De Heilige doop: betekenis en waarde voor kinderloze echtparen

Hierbij een samenvatting van de lezing die ds. J.C. den Ouden heeft gehouden, op de voorjaarsbijeenkomst op 8 april 2017 in de Bethlemkerk in Woerden, over de betekenis en waarde van de doop voor kinderloze echtparen.

Wie kan de pijn peilen van kinderloze echtparen, dan alleen zij die dit weten uit ervaring. Je wacht en verwacht en allerlei gevoelens kunnen omhoog komen:

Teleurstelling, ongeloof, schuldgevoel, jaloezie, negatief zelfbeeld of berusting.

Maar wat een zegen is het als de Heere, ons, al is het met vallen en opstaan, met veel pijn en tranen ons iets wil leren van overgave. Hoewel het de pijn niet wegneemt. Bisschop J.C. Ryle schrijft ergens: Ik geloof niet dat God ooit van ons verwacht dat wij geen pijn voelen wanneer het Hem behaagt ons te bezoeken met beproeving. Het kan heel goed samen gaan: onderwerping aan Gods wil en tegelijk intens en diep lijden onder de kastijding.

Het bijwonen van een doopdienst kan heel gevoelig liggen. Er kan soms iets zijn van vermijdgedrag. In de lezing wilde de dominee hier niet teveel aandacht aan geven. We hebben daarop doorgesproken bij de vragenbeantwoording en nabespreking.

In de lezing heeft de dominee met ons nagedacht over de doop op zich.

De betekenis en waarde voor kinderloze echtparen. Is deze betekenis en waarde voor ons anders dan voor mensen die wel kinderen hebben? Nee! De betekenis van de doop is voor iedereen heel persoonlijk. “Wat betekent het voor mij dat ik gedoopt ben”? Het is een ontzettend groot voorrecht dat ik gedoopt ben! Spreken wij nog zo over de doop als het formulier het doet? Kunnen wij net zo onbevangen over de rijkdom van de doop spreken als onze vaderen in de 16e eeuw dat deden? Is de doop voor ons niet meer dan een teken dat we uitwendig lid zijn van de kerk? Dan leven we op het erf van het verbond. Een uitdrukking die we in de Bijbel niet vinden. “Op het erf van het verbond”….. dat zou kunnen betekenen dat we wat rond scharrelen op het erf maar niet in huis zijn. We horen er nog niet echt bij. Want dan moeten we wedergeboren zijn. Dat laatste is waar.

Wat betekent het gedoopt te zijn? De Heilige Doop is een inwijdingsteken. De doop is de toegangspoort tot de kerk. Calvijn zegt het zo in de Catechismus van Geneve: “de Doop is voor ons als een binnenkomst in Gods kerk. De doop verzekert ons dat God ons als Zijn dienaren aanneemt, in plaats dat wij vreemdelingen voor Hem zouden zijn. (vr. 323).

De doop verzekert ons dat God ons als Zijn huisgenoten opneemt in Zijn gezin. Zo doopte Johannes de Doper. Mensen kwamen onder zijn prediking tot berouw en bekering. Daarom mocht Johannes hen ook dopen. Dat water is een teken dat je gewassen bent/rein bent/geen zonde meer hebt in Gods oog om Christus’ wil. Niet omdat je gedoopt bent, maar omdat je berouw hebt en gelooft en steunt op het bloed van Christus.

De doop is voor mensen die zekerheid nodig hebben van de vergeving van de zonden. Omdat er in het geestelijk leven zoveel aanvechting op de gelovige afkomt.

In het Oude Testament was er eerst de besnijdenis. Abraham, de vader aller gelovigen, werd als eerste besneden. Nadat hij geloofd had. Hij heeft het teken van de besnijdenis ontvangen tot een zegel, een verzekering van de rechtvaardigheid des geloofs. Christus is de enigste grond van zijn zaligheid. Abrahams besnijdenis was een geloofsbesnijdenis.

De besnijdenis ging met bloed gepaard. Er moest bloed vloeien. Zonder bloedstorting is er geen vergeving. Maar omdat Christus gekomen is en Zijn bloed gestort heeft, moet het teken veranderen. Er hoeft en mag geen bloed meer vloeien. In het Nieuwe Testament valt het bloed weg, omdat Christus zijn bloed gestort heeft. Het teken verandert. Geen besnijdenis meer, maar de doop.

De verpakking is anders, maar de inhoud is hetzelfde: de vergeving van zonden om Christus wil.

Doop en besnijdenis staan heel dicht bij elkaar. Het gaat om het werk van Christus. Het verwijst daarnaar.

De vraag komt omhoog: “Waarom dopen we kinderen?” Omdat Abraham toen hij geloofde en besneden werd als volwassene. Hij moest tegelijk ook zijn zoon Ismaël besnijden en de ingeborene van het huis, de slaven en zelfs de gekochte slaven, ja zelfs de vreemdeling.

Dit moest omdat God verbondsmatig werkt. Heel belangrijk om te onthouden! God werkt persoonlijk, maar niet individueel. Als Hij ons zoekt, zoekt Hij ons op in onze verbanden, van gezin en omgeving.

Dat zien we ook bij Noach en Lot. God redt hen, maar ook hun huis.

Wij als westerlingen hebben moeite met dat verbondsdenken. We zijn zo individualistisch. Daarin zijn we modern. Dat is vreemd aan het Bijbels denken. Maar God heeft ons niet geschapen als losse individuen. Maar als mensen die in relatie staan tot elkaar.

Het geldt in het positieve, maar ook in het negatieve.Wij kunnen moeite hebben met de geschiedenis van Achan. Hij heeft gezondigd. Maar zijn hele gezin wordt gestraft. Dat zien we ook bij Korach, Dathan en Abiram als ze in opstand komen tegen Mozes. Ze worden met hun “huizen” gestraft. We hebben vragen bij de erfzonde. Hoe kan Adams zonde mij toegerekend worden? Omdat God verbondsmatig werkt. Jeremia 31: 1: Ik zal al de geslachten van Israël tot een God zijn. Dat kunnen we ook vanuit het Engels vertalen met “families”. God is een God van de huisgezinnen en families.

Dat is de lijn. Daarom lezen we ook nergens een afzonderlijk bevel om kinderen te dopen. Dat hoeft ook niet. Lydia werd gedoopt en haar huisgezin. De stokbewaarder net zo. Als het verbond doorloopt is het niet meer dan vanzelfsprekend dat ook de kinderen gedoopt worden. Die horen er immers bij.

De Heere Jezus heeft het zelf gezegd: Laat de kinderkens tot Mij komen, en verhindert ze niet; want derzulken is het Koninkrijk Gods. Markus 10: 14

Tegen verdoemeniswaardige kinderen zegt de Heere: voor jullie is het Koninkrijk. “In zonde ontvangen en geboren kinderen en aan de verdoemenis onderworpen”, lezen we in het doopformulier. Adams schuld wordt ons toegerekend. Daar moeten we bij stil staan als het over de doop gaat. Zodat het bestaan van het genadeverbond nooit vanzelfsprekend zal worden.

Hoewel de verdoemenis verdiend, maar in Christus geheiligd, met Hem in een verbond, ledematen van Zijn gemeente en daarom gedoopt.

De doop is geen keuze of beslissing. Maar de doop wordt ons door Gods genade toegezegd. Genade alleen! En de doop is een geweldig teken van die genade. God doet het, God wil het, God kiest. Zo eenzijdig! Om Christus’ wil.

Wast het doopwater de zonden ook af? Nee! Het doopwater wast niets af. Het is een beeld, waar tegelijkertijd de zaak zelf aan verbonden is.

Maar worden dan alle gedoopte kinderen zalig? Ook hier klinkt weer: Nee! Want velen versperren haar door hun verdorvenheid de weg en maken haar zo krachteloos. Daarom ontvangen alleen de gelovigen de vrucht, maar dit verandert niets aan het wezen van het sacrament.

Wat is het erg als we geen belang hebben bij de zaligheid. Ezau die ook de belofte had. Maar hij verkocht de belofte. Hij gooide hem weg. Voor een schotel linzenmoes. Daaruit blijkt dat gedoopte kinderen verloren kunnen gaan. De doop is geen verzekeringsbewijs dat je automatisch in de hemel komt. Gedoopte kinderen kunnen verloren gaan. Als ze de genade verwerpen.

We moeten zien en letten op Gods ongekende barmhartigheid en genade. Zijn beloften aan ons in de doop toegezegd. Tegelijk ook vasthouden aan de noodzaak van geloof en bekering.

Van nature zijn we geneigd de Heere te verwerpen. De doop neemt dat opstandige hart niet weg. Dat doet alleen Gods genade. De Heilige Geest. Maar die Geest belooft God juist in de doop. Daar wordt ook om gebeden in het dankgebed: “ Almachtige, barmhartige God en Vader, wij danken en loven U dat Gij ons en onze kinderen, door het bloed van Uw lieven Zoon Jezus Christus, al onze zonden vergeven, en ons door Uw Heiligen Geest tot lidmaten van Uw eniggeboren Zoon, en alzo tot Uw kinderen aangenomen hebt, en ons dit met den Heiligen Doop bezegelt en bekrachtigt.”

“Bij U is vergeving” (Psalm 130). Dat roept de doop als het ware luid en duidelijk uit. Er is vergeving bij God, wie je ook bent. Je hoeft je niet geschikt te maken. Wij zijn niet geschikt voor Hem, maar Hij is wel geschikt voor mij.

Daarom dopen we ook in de kerk. Een zichtbaar sacrament voor de hele gemeente. Er gaat een prediking vanuit. Ik word herinnerd aan wat God mij toen beloofd heeft. Aan Gods genade. Dat Hij mij tot Zijn kind en erfgenaam wilde aannemen.

Hij sloot met mij een verbond.

De Zoon wil mij wassen in Zijn bloed.

De Geest wil in mij wonen.

Tegelijk word ik herinnerd en verplicht tot die nieuwe gehoorzaamheid. Om de Heere aan te hangen, lief te hebben, te betrouwen. De wereld verzaken en onze oude natuur doden. Dat gaat heel de gemeente aan. Het gaat dan niet alleen meer om de kinderen die gedoopt worden. Het gaat om de God van het verbond.

Het is wat we zingen in Psalm 105: 5:

God zal Zijn waarheid nimmer krenken,
Maar eeuwig Zijn verbond gedenken.
Zijn woord wordt altoos trouw volbracht,
Tot in het duizendste geslacht.
't Verbond met Abraham, Zijn vrind,
Bevestigt Hij van kind tot kind.

 

Het is mogelijk om een opname van deze lezing te bestellen via onderstaand bestel formulier.

 

 

 

 

infoke nieuwsbriefVia het onderstaande formulier kunt u de lezing opvragen.

(Niet van alle lezingen is een opname beschikbaar)

Scroll naar boven